Нашли опечатку? Выделите ее мышкой и нажмите Ctrl+Enter
Название: Ongeziene blikken. Nabeschouwingen bij de Geschiedenis van de Nederlandse literatuur
Авторы: Arie-Jan Gelderblom, Anne Marie Musschoot
Аннотация:
Begonnen in 1996, afgerond in 2017: na ruim twee decennia is de Geschiedenis van
de Nederlandse literatuur voltooid. Halverwege die periode, in 2006, konden de
eerste twee concrete resultaten worden gepresenteerd. Dat waren het eerste én het
laatste deel van de chronologische reeks: twee stevige boekensteunen waartussen de
andere banden geleidelijk aan hun plaats gevonden hebben. Deze nabeschouwingen
- eerder als ‘Algemene verantwoording’ aangekondigd - bestrijken zowel de
theoretische aanloop tot het project als de feitelijke voorbereiding; zowel de praktische
resultaten als enkele belangrijke reacties en kritieken. Dit laatste aspect blijf
noodzakelijkerwijs onaf. Hopelijk zullen de discussies rondom deze nieuwe
literatuurgeschiedenis ook na de voltooiing niet verstommen.
De reekstitel Geschiedenis van de Nederlandse literatuur, vaak afgekort tot GNL,
lijkt bij een literatuurhistorie voor de hand te liggen. Voorgangers die de gehele
Nederlandse literatuur vanaf het begin behandelden, kozen vrijwel dezelfde
titelwoorden: W.J.A. Jonckbloet, J. te Winkel, G. Kalf, J. Prinsen, J.L. Walch, G.
Knuvelder, de handboeken waarover F. Baur de hoofdredactie voerde (ondersteund
door een zestal redacteuren) en ten slotte Nederlandse literatuur, een geschiedenis,
onder hoofdredactie van M.A. Schenkeveld-van der Dussen. Met uitzondering van
Te Winkel, die de voorkeur gaf aan ‘ontwikkelingsgang’, kozen al deze
handboekschrijvers voor het woord ‘geschiedenis’. Bauvermeed als enige het adjectief ‘Nederlands’ om met de formulering ‘letterkunde
der Nederlanden’ uitdrukkelijk het gehele taalgebied te benoemen, ten noorden én
ten zuiden van de staatsgrens tussen Nederland en België. Nederlandse literatuur,
een geschiedenis, de onmiddellijke voorganger van de GNL, verkoos in 1993 het
woord ‘literatuur’ boven ‘letterkunde’. ‘Literatuur’ was inmiddels het gangbare
woord geworden, ongetwijfeld mede door de behoefte aan een internationaal
gemakkelijk herkenbare term. Maar het feit dat de benaming Geschiedenis van de
Nederlandse literatuur vrijwel naadloos past in de rij van verwante voorgangers, wil
niet zeggen dat ze vanzelfsprekend is. Alle drie de termen, ‘geschiedenis’,
‘Nederlandse’ en ‘literatuur’, hebben problematische kanten.